Het doel van dit onderzoek is om de afvalstromen van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) van 2010 tot 2021 te actualiseren.

Uit het onderzoek blijkt dat de hoeveelheid elektrische en elektronisch apparatuur (EEA) die op de markt is gezet in de 27 lidstaten van de EU, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk, Zwitserland en IJsland is gestegen. Het gaat om een stijging van 9,8 miljoen ton in 2010 naar 13,3 ton in 2019, ongeveer 25,2 kg/inwoner. De gegenereerde AEEA is gestegen met 2,1 ton, namelijk van 8,3 ton in 2010 naar 10,4 ton (19,6 kg/inwoner) in 2021. De gedocumenteerde formele inzameling van AEEA laat een stijging zien van 1,8 ton en is gestegen van 3,8 ton in 2010 naar 5,6 ton (10,5 kg/inwoner) in 2021.

Er zijn ook nieuwe statistieken over het fenomeen ‘hamsteren’. Van gebruikte EEA en AEEA opgeslagen in huishoudens blijkt dat huishoudens gemiddeld 74 EEA-items bezitten (exclusief lampen en armaturen). Van deze items zijn er ongeveer 61 in gebruik, 9 items die werken en worden opgeborgen, en 4 items die worden opgeslagen maar niet meer werken. De totale massa aan artikelen in huishoudens bedraagt 90 miljoen ton, waarvan 7 miljoen ton nog functioneel is en opgeborgen ligt en 3 miljoen ton opgeborgen ligt maar niet meer werkt.

De kleine artikelen (waaronder lampen en armaturen) domineren wanneer ze als afzonderlijke artikelen worden geteld, terwijl de grote artikelen domineren qua gewicht. De soorten EEA en/of AEEA die het meest opgeborgen worden bewaard in huishoudens zijn de kleinere items. Dit zijn meestal kleine IT-apparatuur (17%) en kleine apparatuur (14%). Schermen en monitoren staan op de derde plaats met 14% en bestaan uit verouderde monitoren, televisies, flatpanels en televisies die zijn vervangen door laptops. De laagste hamsterpercentages worden gevonden bij de categorie groot materieel (9%) en categorie temperatuurwisselingsapparatuur (8%). Doordat deze groot van formaat zijn en worden ze minder vaak ‘gehamsterd’ na de gebruiksfase.

Het doel van dit onderzoek is om de afvalstromen van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) van 2010 tot 2021 te actualiseren.

Uit het onderzoek blijkt dat de hoeveelheid elektrische en elektronisch apparatuur (EEA) die op de markt is gezet in de 27 lidstaten van de EU, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk, Zwitserland en IJsland is gestegen. Het gaat om een stijging van 9,8 miljoen ton in 2010 naar 13,3 ton in 2019, ongeveer 25,2 kg/inwoner. De gegenereerde AEEA is gestegen met 2,1 ton, namelijk van 8,3 ton in 2010 naar 10,4 ton (19,6 kg/inwoner) in 2021. De gedocumenteerde formele inzameling van AEEA laat een stijging zien van 1,8 ton en is gestegen van 3,8 ton in 2010 naar 5,6 ton (10,5 kg/inwoner) in 2021.

Er zijn ook nieuwe statistieken over het fenomeen ‘hamsteren’. Van gebruikte EEA en AEEA opgeslagen in huishoudens blijkt dat huishoudens gemiddeld 74 EEA-items bezitten (exclusief lampen en armaturen). Van deze items zijn er ongeveer 61 in gebruik, 9 items die werken en worden opgeborgen, en 4 items die worden opgeslagen maar niet meer werken. De totale massa aan artikelen in huishoudens bedraagt 90 miljoen ton, waarvan 7 miljoen ton nog functioneel is en opgeborgen ligt en 3 miljoen ton opgeborgen ligt maar niet meer werkt.

De kleine artikelen (waaronder lampen en armaturen) domineren wanneer ze als afzonderlijke artikelen worden geteld, terwijl de grote artikelen domineren qua gewicht. De soorten EEA en/of AEEA die het meest opgeborgen worden bewaard in huishoudens zijn de kleinere items. Dit zijn meestal kleine IT-apparatuur (17%) en kleine apparatuur (14%). Schermen en monitoren staan op de derde plaats met 14% en bestaan uit verouderde monitoren, televisies, flatpanels en televisies die zijn vervangen door laptops. De laagste hamsterpercentages worden gevonden bij de categorie groot materieel (9%) en categorie temperatuurwisselingsapparatuur (8%). Doordat deze groot van formaat zijn en worden ze minder vaak ‘gehamsterd’ na de gebruiksfase.